Bloembollen redden bijen: haal ze nu af bij je gemeente

03 Oktober 2016

De Provincie Oost-Vlaanderen roept ook in 2016 haar inwoners op om het bijenbestand te helpen. Van 3 tot 14 oktober 2016 worden opnieuw zakjes krokusbollen verdeeld via de Oost-Vlaamse steden en gemeenten. Lees de volledige oproep hier. Deelnemende steden en gemeenten

Alle 65 Oost-Vlaamse steden en gemeenten nemen deel aan onze actie.

Waar en wanneer je je zakje krokusbollen in je stad of gemeente kan afhalen, kan je hier raadplegen (Afhaallocatie en -data krokusbollenactie 2016):

  • Maarkedal: 3 tot 14 oktober, bij de milieudienst. Meer info? Klik hier.
  • Horebeke: 3 tot 14 oktober in het gemeentehuis
  • Brakel: afhalen op 12 oktober, bij de milieudienst. Meer info? Klik hier.

 

Waarom krokusbollen planten voor de bijen?

Krokussen zijn vaak de eerste bloeiende planten in het voorjaar. Ze kunnen hiermee de eerste voedselbron (nectar en stuifmeel) vormen voor bijenvolken en solitaire bijen, die de winter doorkwamen.

Krokusbollen moeten maar één keer geplant worden. De jaren nadien komen ze vanzelf terug. Jaar na jaar komen er ook meer bloemen bij.

Heb jij een tuin of gewoon een plantenbak?

Dan kan ook jij de bijen en andere nectarminnende insecten in het vroege voorjaar extra nectar aanbieden door krokusbollen te planten tussen oktober en december.

Belang van bestuivers (o.a. bijen) voor landbouw en biodiversiteit

Bijen en nectarminnende insecten zijn onmisbaar voor onze voedselproductie. Ze vliegen vanaf het vroege voorjaar van bloem tot bloem op zoek naar nectar. Hierdoor nemen ze telkens een klein beetje stuifmeel met zich mee, waardoor ze bloemen (o.a. van groenten en fruit) gaan bestuiven. Deze bloemen groeien uit tot volwaardige vruchten en zaden van onze gewassen. Bij mooi weer bezoeken bijen zo'n 1 500 bloemen op één dag. Dit maakt van bijen heel belangrijke wezens voor onze landbouw en botanische biodiversiteit.

Door allerlei redenen zijn bijen en nectarminnende insecten de laatste jaren sterk bedreigd. Een belangrijk knelpunt voor zowel (honing)bijen als andere nectarminnende insecten is het tekort aan nectar en stuifmeel, vnl. in het vroege voorjaar en in het najaar. Een extra aanbod aan planten met een goed stuifmeel- en nectargehalte is zeer welkom, zoals bijvoorbeeld krokussen en andere voorjaarsbloeiers.